Eilandvriendschap

23 juli 2019 Suzanne Zomer 2019 0

Wanneer een vriendinnetje op het eiland in de penarie zit, dan ben je er. Vriendschap op een eiland heeft een speciale kleur. Het is alsof je hier veel meer op elkaar aangewezen bent dan bijvoorbeeld in België. Ten eerste hebben de meesten onder ons daar hun familie om hen heen of vrienden die al sinds mensenheugenis meegaan. Maar daarnaast is er ook een uitgebreid aanbod aan betaalde ondersteuning voor handen. En voor veel mensen is hier geen van beiden.
Dus als ik hoor dat mijn vriendinnetje L een lelijke val heeft gemaakt en naar Athene moest gebracht worden voor een operatie, wil ik snel ter hulp schieten. Maar ik ben zelf aan het werk, dus kan niet zoveel doen. Ik neem wel contact, maar enkele familieleden, die toevallig hier op vakantie waren, blijken wat langer te kunnen blijven, dus ze is omringd.
Sinds dit weekend is ze alleen. Ze verblijft nu in een hotel, bij haar om de hoek. Haar eigen huis is niet echt geschikt voor haar fysieke toestand op dit moment. Bovendien is er in zo’n hotel 24 op 24h iemand aanwezig en dus oproepbaar… Geeft wel een veilig gevoel.

Dus na mijn administratieve taken en mijn inkopen, ga ik op bezoek. Ik neem een fles Ouzo mee en ze zegt meteen: ‘Jij kent me!’. Ja, als we iets gaan eten, nemen we altijd een flesje Plomari, ons beider favoriete Ouzo en dat kunnen we met twee met gemak aan! We zitten samen op het terras. Ik zeg haar dat ze gerechtigd is het F-woord vandaag 20 keer te gebruiken. Ik heb het niet bijgehouden, maar we zullen wellicht in de buurt hebben gezeten. Het is een prachtig hotel, met een indrukwekkend uitzicht op natuurlijk een paradijselijk eiland. Maar als je daar de hele tijd in je stoel moet zitten, terwijl je gewend bent om hard te werken en dagelijks ook een uurtje te zwemmen, voelt dat niet als een grote luxe.

We praten wat over hoe het is kunnen gebeuren, wat de betekenis zou kunnen zijn (ja, zij doet daar ook aan ;-)) en hoe het is om hulp te vragen. Ik vertel haar mijn eigen ervaringen naar aanleiding van mijn spierscheur en dat is natuurlijk niets in vergelijking met haar situatie nu: ze kan niet met de auto rijden, schrijven, haar aankleden, douchen… Ze moet een dokter zoeken op het eiland voor de opvolging van haar situatie. Ze organiseert normaal de verhuur van een aantal eigendommen van mensen, dus nu moet ze mensen inschakelen om de gasten op te wachten en naar hun villa te brengen. Het is natuurlijk tegen betaling. Bij een aantal andere mensen of instanties die hulp bieden, kan ze het ontvangen, wetende dat zij ook voor hen in het verleden al voor behoorlijk wat omzet heeft gezorgd. Maar het is moeilijk, want ze wil niet… En ze zoekt naar het juiste woord. Maar ik vul al aan: ‘in schuld staan’. ‘Awel ja!’ Zo herkenbaar! Ik ben ook zo opgevoed: je trekt je eigen plan. En als mensen je iets geven, geef je het dubbel en dik terug. Dat ze zeker niet (achter uw rug) kunnen zeggen… ‘Die profiteert nogal eens!’ Maar ik vul het ook aan met ‘wat je geeft, krijg je terug he!’

Tot twee keer toe verontschuldigt ze zich voor zogenaamd zelfmedelijden. Ik herkader het: het is heel menselijk om op zo’n moment, zeker als je geïmmobiliseerd bent, het erg te vinden voor jezelf. En dat ze recht heeft op zelfmedelijden. Minstens 10 minuten per dag. Dat is een homeopatische dosis is gezond!

We maken nog een afspraak, dat ik haar ergens heen breng overmorgen en dat ik wat kleren leen die ze wel zou kunnen aantrekken met één arm.

Bij het afscheid geef ik een onhandige knuffel, die blijkbaar pijn doet. Sorry sorry sorry! Ik voel me een beetje verveeld dat ik er niet eerder was.  Maar ik ben blij dat ik nu iets voor haar kan betekenen.
Mijn eilandvriendinnetje, het doet me pijn haar zo kwetsbaar te zien. En dan besef ik dat vriendschappen niet alleen diep kunnen gaan als ze al lang duren…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *