Serendipiteit

5 augustus 2019 Suzanne Zomer 2019 2

 

Het is al lang mijn favoriete woord, maar het is ook zo’n bijzondere ervaring op zich. Gisteren stond er weer een bronbezoek op de agenda. Nog maar een plek die ik nog niet kende. Grappig hoe je jaren naar een eiland kan reizen en dan zelfs jaren op het eiland kan wonen, zonder zoveel speciale plekjes te kennen. Deze zomer staat in het teken van de bronnen en er zijn er veel.

Ik  rij dus de bergen in, door Chalki en Filoti naar Danakos. Het is weer zo’n dorpje waarvoor je eerst steil naar boven en dan steil naar beneden moet durven rijden, je dan moet zien te plaatsen op een stukje parking en dan de straatjes in en uit moet  lopen zonder enig idee of je in de juiste richting gaat. Maar ik heb een goeie gids mee en we bereiken moeiteloos de prachtige plek.
Een immens grote plataan overspant het pleintje waar het bronnetje uit een wit gekalkte berg komt gestroomd. Er zijn weer muurtjes en bankjes, hier en daar mooi wit. En speciale stenen. Het kerkje torent boven het pleintje uit. En zoals elke keer zijn we er.
Dat is wat ik dit keer zo anders beleef dan vroeger: vroeger zou ik kijken: ‘mooi, mooi’. Ik zou mijn bidons vullen, zodat ik de volgende dagen water kan drinken dat recht van de bron komt en dan zou ik weer terug lopen. Zo doen de meeste mensen dat. Als ik aan de voorbije keren denk, waren er soms heel even nog andere mensen, maar die waren ook snel weer weg. Maar dit jaar leer ik er te blijven. Er even écht te zijn. Gewoon. Zijn. En daardoor zie ik niet alleen de plek, maar ik ervaar ze. En ik zie zoveel meer. Zelfs toen ik op een plek was, waar ik al enkele keren naartoe kwam, zag ik andere dingen. Voelde ik andere dingen.

Ook deze keer ervaar ik het zo en even later beginnen de klokken van het kerkje te luiden. En nog wat later begint er een dienst. Die wordt door een luidspreker ook naar buiten gericht, dus zitten we onder de plataan terwijl er Gregoriaanse (of zijn dat Byzantijnse?) gezangen door de lucht vibreren. Alsof we een privéconcert krijgen.

Wanneer we terugkeren ervaar ik weerom die adembenemende bochten: je rijdt in een bepaald landschap en net één bocht om, of één heuvelrug en plots zie je een heel andere kant van het eiland. In dit geval een indrukwekkend zicht op de vallei van Filoti tot Naxos stad en de zee. En dat in verschillende tinten geel-grijs, door de nevel die ontstaat door de hitte en de stilaan ondergaande zon.

We overwegen verschillende mogelijkheden waar we zouden kunnen gaan dineren en na drie keer van gedacht veranderd te zijn, rij ik richting Apiranthos. Geen van ons beiden heeft daar al gegeten. Ik ken het alleen van ‘koffietjes’. We wandelen door de straten, maar die zijn afgeladen vol met toeristen. Het trekt niet. A vraagt waar de Grieken hier zoal zouden eten? Geen idee en mijn vriendinnetje Ireni is niet op post, dus ik kan het niet vragen. Dus we wandelen terug het stadje uit om dan misschien toch maar naar een lager gelegen dorp te rijden. Tot we aan het einde van het dorp nog een restaurant zien. Er zit niemand. Meestal denk je dan: ‘hier gaan we zeker niet!’. Maar het is zo’n verademing na die drukke straten dat we beslissen hier het risico te nemen. En het blijkt een goeie keuze. De gerechtjes die op tafel worden getoverd zijn één na één heerlijk. De local wine is van goeie kwaliteit… En mijn favoriete Griekse zangeres, Alkistis Protopsaltis klinkt op de achtergrond.

Opeens verschijnen vier mannen helemaal in het zwart. Het zou de lokale maffia kunnen zijn, die hun percent komen opeisen, maar het blijken leden van een band. Links van het restaurantje staat een minipodium: een klein verhoogje met daarop vier stoelen, naast elkaar en ook een standaard met vier lichten ervoor. Het was ons niet echt opgevallen. Maar dus één voor één gaan de muzikanten plaatsnemen en beginnen ze wat te zingen, te spelen… Ons eten is ondertussen op. Ik vraag aan de ober of de muziek niet wordt afgezet, terwijl ze aan het spelen zijn en hij zegt: ja maar ze zijn nog maar aan het soundchecken… ‘Oh, wanneer is het optreden dan?’ ‘Om twaalf uur.’ We kijken naar elkaar… Wat doen we? Het is nog een heel eind rijden terug naar Orkos… Maar dan wint het ‘so what!’-gevoel. We bestellen nog een karafje wijn (en voor mij spa ;-)) en wachten verder af. En alsof ze van onder stenen uit kruipen of uit verlaten huizen, de mensen stromen toe. Nemen plaats in het restaurant, bestellen – heel Grieks – grote schotels eten dat ze delen. En drinken Mythos en wijn…

En dan begint het optreden. Een prachtige stem. Echte Kretiaanse muziek. We vernemen dat Dramoutanis een best bekende zanger is. De muziek is meeslepend. De Lyra, de bouzouki, de trom, de fluit, zelfs de doedelzak.

Iedereen is enthousiast, mensen beginnen te fluiten, te dansen. En we genieten van de muziek en vooral ook van de heel eigen sfeer die er heerst.

Het is na tweeën wanneer we beslissen om toch maar aan de afdaling te beginnen. En ik voel me dronken van de ervaring. Tot twee keer toe krijgen we prachtige muziek aangeboden door het lot. Het vraagt alleen even blijven, even stilstaan. Even zijn.

En als je die tijd neemt, dan kan je vinden wat je niet zoekt.

2 thoughts on “Serendipiteit

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *