We zouden op roadtrip gaan. Over land naar Naxos. Extreem voorbereid zijn we niet. Het is maar op het laatste moment dat we beslissen om de auto te ‘vercamperen’. Bovendien is het echt wel druk, die laatste weken.
Van nature ben ik nochtans wel graag op alles voorzien. Binnen Inspinazie stond ik bekend als degene die ‘altijd alles bij had’: van veiligheidsspeld tot thermisch deken. Maar blijkbaar niet meer. Is het ouderdom? Is het emotionele groei? Is het voor- of achteruitgang? Ik weet het niet zeker. Er is alleszins beweging. 

Ik werk tegenwoordig niet meer met lijstjes maar laat dingen meer organisch ontstaan. 
Zo word ik verliefd op een kampeersetje in ‘mijn kleuren’ in de Hema in Zandvoort, waar we stiekem wat fotootjes gaan nemen voor onze foto-opdracht… En zo zorgt de opruim in het huis van mijn mama, die naar een woon-zorgcentrum is, voor twee wijnglazen. Dat drinkt toch fijner dan een plastieken bekertje. Die opruim zorgt daarnaast voor een kampeertafeltje, voor extra tupperware-potjes en broodplankjes, voor een frigobox, een kleurige tafeldoek, zelfs voor een dweil.

We vertrekken dus met een volgeladen auto, niet op basis van een lijstje. Een lijstje, waar wellicht een badhanddoek zou hebben op gestaan… 

Ik reis best vaak, maar de laatste jaren overnacht ik voornamelijk op hotel en vaak ga ik naar ‘mijn huis’ in Naxos, waar alles voorzien is. Immers, gezien mijn leven zich zo gespreid afspeelt, heb ik ondertussen heel wat spullen dubbel. Zo heb ik op beide plekken ondergoed, handdoeken, basiskledingstukken en badproducten. 
Ondergoed, basiskledingstukken en badproducten: check!
Maar (en met een titel als ‘Badhanddoeken zijn stevig ‘overrated’’ had je het al zien komen) waar ik niet aan dacht: badhanddoeken. 

Eigenlijk is het nog erger: standaard zit er zo’n sneldrogend exemplaar in mijn koffertje. Maar op het laatste moment haalde ik die er nog uit omdat er zoveel in moest en ‘ik er toch heb in Naxos’!
Maar dus reeds bij onze eerste nacht in Oostenrijk, daagt het ons: ‘oeps, vergeten’!
Geen nood, een dagje zonder douchen kan geen kwaad en er zijn papieren handdoekjes aan het toilet waar we onze tanden poetsen en een kattenwasje doen. 
‘Laat ons gewoon handdoeken kopen onderweg!’

Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, zo ontdekken we. We komen er niet zoveel tegen. Waar vind je zoal handdoeken in een grootstad? Of misschien denken we er niet op het juiste moment aan natuurlijk. De eerste dagen missen we ze immers niet, want we verblijven op hotel. 
Hotels met prachtige zachte handdoeken, trouwens. En jawel, het dwarrelt door onze gedachten: ‘We nemen er gewoon eentje mee’… En dat voelt dan even spannend en grappig. Tot het ‘echt’ wordt… Dan wordt het duidelijk dan geen van ons beiden een geweten heeft dat daarmee kan leven. Fijn eigenlijk om dat zo sterk te voelen. 
Maar dus: geen handdoek. 

En daar staan we dan, op de camping… We hebben net een wandeling van een 10-tal km achter de rug, met best wat klimmen. Bovendien is het ook stevig warm, dus een douchke zou goed doen… Maar om nu te zeggen dat het warm genoeg is om na de douche in ons blootje over de camping te lopen om ons te laten opdrogen… Hmmmm
Dus moeten we een plan bedenken. Verschillende mogelijkheden komen tijdens een brainstormsessie naar voren: een tafeldoek, een fleecedekentje, een sjaal… Maar te stijf, te weinig absorberend, te nieuw. Keukenrol lijkt ons dan weer niet goed voor het klimaat;-).
Dus de winnaar: jawel… de dweil van bij ons mama. Vers gewassen weliswaar. En ik kan je verzekeren: It does the job!
En een keukenhanddoek kan ook best wat vel drogen! 

Daar bovenop, slaag ik er de volgende dag nog in om pas in de douche, nà de douche, tot besef te komen dat mijn keukenhanddoek nog te drogen hangt. Maar een topje (dat zat zelfs niet tussen de opties) kan dus ook uit de nood helpen. 

Slotconclusie: Laat het maar los…

Laat het maar los? Jawel, het werd ons lijflied doorheen de roadtrip. *
Laat het maar los: 
die lijstjes, 
die veronderstelling dat je alles moet voorzien, 
die overtuiging dat een mens een handdoek gebruikt om zich af te drogen. 
Laat het maar los, je vindt altijd wel een oplossing. 
En je beleeft dubbel zoveel plezier!

*Trouwens, ‘Laat het maar los’ is een superfijn lied van Ingeborg, te vinden op haar cd “Where the sky touches the sea”.

Soms, wanneer ik van Agios Prokopios naar Agia Anna rij, zie ik groepjes duikers, volledig uitgerust,  de straat oversteken, uit het water komen, of zich in een boot hijsen… Steeds voel ik dan een nieuwsgierig stukje in mij wakker worden. ‘Hoe zou dat zijn?’ En mijn avonturier voelt het dan stevig kriebelen.
Heel wat deelnemers reserveerden voor of na de workshop een duikje of brachten een partner mee die een duikcursus volgde. Niet dat Naxos het grootste duikparadijs is, maar toch.
Dus toen mijn petekindje op bezoek kwam en ik nog op zoek was naar een fijn verjaardagscadeau… Je raad het. Afgelopen week gingen we de duik-uitdaging aan!

Stel je dus voor: een volle vrouw van volle vijftig, samen met een duikende veertiger en twee jeugdige sportieve jongens van 15 en bijna 17… Het clubje wordt aangevuld met nog enkele Franse toeristen. Na een uurtje theorie leggen we met glans een test af en krijgen ons pak.

En daar start het al: welk pak? Ik bedenk dat ik wellicht toch beter mijn eigen wetsuit had meegebracht. Maar daar is het dus nu te laat voor. Het eerste pak voelt bij mijn kuiten al als: ‘daar geraak ik nooit in!’
‘Geen nood, dan geven we een grotere’, zegt Lilly. ‘Die is wel lang, maar komt goed.’
Ik probeer me erin te hijsen. Geen sinecure.
‘Geen nood’, zegt Lilly, ‘we hebben truukjes’. En ze spuit water in de wetsuit, waardoor de stof inderdaad iets beter naar boven schuift.
Ik zit erin. En ondanks dat ik er misschien moeilijk in raakte, is het pak duidelijk te groot. Geen erg, denk ik.

We krijgen allemaal een riem met gewichten om ons beneden te krijgen / houden. Bij mij komen ze extra gewicht in mijn zakken steken. Ik vraag: ‘Ah, dat is omdat ik zwaarder ben?’ De instructeur reageert heel attent: ‘het heeft ook te maken met jouw pak, omdat er best veel luchtbellen in zitten’. Ik heb de ‘ook’ heel duidelijk opgemerkt.

Dan gaan we het water in. We leren bellenblazen. In en uitademen in ons mondstuk. De lucht voelt toch anders. Hij heeft het uitgelegd: het is gedroogde lucht. Ik merk meteen iets in mijn longen.
We dalen af. Eén voor één begeleidt iemand ons naar beneden en daar moeten we in een cirkel blijven ‘hangen’, dicht tegen de grond.

Dan loopt het mis: ik ga terug omhoog.
Geen nood, Lilly is daar met gewichten. Ze steekt er nog eentje extra in mijn pak.
Wanneer we het mondstuk uit onze mond moeten nemen en het er terug in steken, heb ik het gevoel dat ik het water er niet uit krijg. Dus ik ga even naar boven. Ok, het lukt terug. Terug naar beneden, naar mijn plekje. Maar weerom blijf ik niet beneden.
Lilly? Ik krijg een extra gewicht. Als ze me terug naar beneden begeleidt, zie ik dat het vorige gewichtje uit mijn zak is gevallen. Ah, ja, dan kan het niet geholpen hebben!
Ik probeer langzaam uit te ademen. Ook dat helpt om beneden te blijven. Maar het baat niet. Ik voel me naar boven getrokken worden en word onrustig. Ik lijk geen adem te hebben.

Lilly neemt me apart, stelt me gerust. Laat weten dat dat nog wel gebeurt. Dat er mensen zijn die makkelijk drijven (ja, ik!) en dus moeilijker beneden blijven. Ook het gevoel dat ik altijd omkieper, kan ze normaliseren. De extra gewichten en de fles op mijn rug…
Lilly steunt en zwemt wat met me rond om wat tot een rustigere ademhaling te komen. Ik haal al mijn meditatieve skills boven. Ik herinner me mijn hyperventilatie-aanvallen (dertig jaar geleden!) en de oefeningen die ik toen kreeg.
Die herinnering maakt het alleen maar erger.

En dan komen alle stemmetjes in mijn hoofd in actie. Heel uiteenlopend:
Geef het een kans!
Je kan dit!
Je kan toch niet opgeven! Falen staat niet in mijn woordenboek!
Wat gaan de jongens wel niet denken?
Wat gaan de mensen op het strand wel niet denken?
Wat maakt dat uit, die kennen mij toch niet?
Komaan, ga gewoon terug naar beneden!
Waarom zou ik?! Het voelt niet goed!
Ik heb toch niemand iets te bewijzen?!
Als ik nu stop, is dat toch ook een moedige keuze?!

Dus ja, ik kies ervoor om te stoppen.
Ik zou hebben kunnen verder gaan:
Ik ga ervan uit dat ik fysiek in staat ben om te duiken. Misschien had ik nog wat meer dan die 5 extra kilo’s nodig, maar het zou hebben gekund.
En ja, ik denk zelfs dat ik mentaal in staat ben om te duiken; om zo op mezelf in te praten dat ik rustiger ben en langer kan uitademen.
En toch, toch heb ik beslist om niet verder te gaan.

Ik heb beslist om de initiatie vroegtijdig te stoppen. Om alleen af te ronden.

Terwijl ik het vertel aan mijn supporters, kan ik in elke vezel van mijn lijf voelen hoe juist deze beslissing is.
Hoe groot de overwinning is op mezelf: ik heb me toegestaan om te falen.
Of, eigenlijk,  is het wel falen?
Ik heb mezelf gegund om het te proberen. En het is ok dat het mijn ding niet is.

Als ik de volgende keer mensen in duikuitrusting de straat zie oversteken, zal ik weten dat ik het geprobeerd heb. Dat het niks voor mij is.

Het is ok dat het niet ok is.
Ik mag stoppen en dat is niet falen. Dat is kiezen.
Dat is durven.
Durven in het proberen en durven in het loslaten.

Dat is wat we eigenlijk te leren hebben in het leven.
Dingen aangaan die we niet kennen,
en tegelijkertijd zacht zijn als dat niet onze weg blijkt te zijn.

En ik ben dankbaar voor deze les.

1 mei, dag van de arbeid.
2 mei, dag van de vlucht voor mijn eerste cliënten. Ze vliegen op Santorini, waar ze een dagje rust nemen en even kunnen genieten van de witte huisjes en kerkjes op de zwarte kliffen.
3 mei, dag dat ik dit koppel mag gaan opwachten aan de haven. Ik breng hen naar het hotel en daarna gaan we samen lekker op restaurant, waar we het aangename aan het nuttige (het bespreken van de planning) kunnen koppelen.

En dan zijn we vertrokken.
Vertrokken voor een nieuw seizoen in Naxos.

Het belooft weer mooi te worden. Het najaar zit haast vol. Dus als je voor eind augustus, september of oktober nog een plekje wil, aarzel dan niet, want ze zijn schaars geworden!
Maar misschien wil je niet zo lang wachten. Heb je het NU meer dan nodig. Duik dan onmiddellijk in je agenda, want in het voorjaar is er nog heel wat mogelijk.

Ik zoom in deze nieuwsbrief dan ook graag in op twee thema-retreats die in mei en juni/juli op het programma staan. Ook als je zin hebt in een individuele retreat, eentje voor jullie als koppel, aarzel niet om mij te contacteren. Ik ben ondertussen gespecialiseerd in mirakeltjes realiseren! 😉

Wise Women’s Wisdom
Zondag 21 tot en met vrijdag 26 mei 2023

Een retreat voor vrouwen,
voor bijzondere vrouwen,
voor wijze vrouwen,
voor vrouwen die hun vrouw-zijn (opnieuw) willen omarmen.

We gaan aan de slag met oeroude verhalen.
We trekken de natuur in en laten ons verrassen.
We maken contact met onze wijsheid, met dat wat er is.
We laten de zee wegspoelen wat niet (meer) nodig is.
We creëren nieuwe verhalen, met woorden en met daden.

Ik garandeer dat elkeen als een nieuwe vrouw naar huis kan.
Herboren in zichzelf. 
Hervonden.

Wil jij springen en deel uit maken van deze vrouwencirkel?
Bel me, schrijf me, laat me vlug iets weten.
Ik ondersteun je ook praktisch in een last-minute reis naar dit prachtige eiland!

Four Elements for Balance
Woensdag 28 juni tot en met maandag 3 juli 2023
Eind juni gaan de deuren van de elementen weer open. De elementen die onlosmakelijk deel uitmaken van het eilandleven.
Het water, dat ons omringt. Dat ons vult. Waarop onze emoties kunnen drijven.
De lucht, die hier voelbaar is in de Meltemi, of soms in de Sirocco. Die zichtbaar is in opstuivend zand, woeste baren of wuivende rietstengels.
De aarde, die hier alle tinten heeft van grijs, over beige, tot rood. Die soms door de tijd omgevormd is tot rotsen en mineralen. We werken op en in het zand, het strand, maar ook in een verlaten steengroeve.
Het vuur, dat vele vormen kent. De zon natuurlijk, die kan branden op je huid. Maar ook het brandend kampvuur dat inspireert en laat bewegen.Al deze elementen, die verwijzen naar yin en yang, naar sterrenbeelden, naar seizoenen.
Al deze elementen die ook verwijzen naar onze innerlijke wereld. Naar eigenschappen die we hebben, teveel hebben of te weinig. Die we kunnen aanvullen of temperen.
Om zo te komen tot balans.

Evenwichtiger terug inschepen op de boot of het vliegtuig richting vaste land. Richting het dagelijks leven.
Bewuster, herladen, vernieuwd. 
De elementen reizen met je mee. 

Ik ben er klaar voor.
Ik heb er zin in.
En ik verwelkom je met open armen, met een warm hart en met heel bijzondere aandacht. Ik verzeker je een onvergetelijke ervaring. 
Die je meedraagt. 
Die je voedt. 
 
Een reis naar je essentie. 

Naar goede gewoonte wil ik mijn nieuwsbrief afsluiten met een verhaaltje.
Wat ik mensen bied is geen theorie, maar een ervaring. Het leven dat leert.
Het deed me denken aan volgend verhaal…
Het waterboek Op een dag vroeg de leerling aan de meester: ‘Kunt u mij een boek aanbevelen waarin de waarheid achter het mysterie van het leven beschreven wordt?’
De meester, die zelf ook een paar boeken in zijn kast had staan, greep naar een boek dat ging over de geheimen en de wonderbaarlijke vermogens van water en over de betekenis van water voor ons leven op aarde. Hij gaf het boek aan zijn leerling en zei: ‘Neem het tussen je beide handen en wring het uit!’
De leerling keek verbaasd, maar deed wat hem gezegd werd. Hij kneep en wrong, maar de meester zei: ‘Je moet harder knijpen.’
De leerling deed zijn best, doch de meester riep: ‘Harder!’
Dit ging een tijdje zo door. Uiteindelijk gaf de leerling het op, niet wetend wat de bedoeling hiervan was. De meester vroeg hem: ‘Heb je er water uit kunnen persen?’
‘Nee, natuurlijk niet!’
‘Zie je,’ zei de meester, ‘uit een boek over water komt geen water, en uit een boek over waarheid komt nooit de waarheid zelf.’

Uit Lente in je hart van Erich Kaniok

Wist je dat ik, wanneer ik in Naxos ben, elke dag een foto post op instagram?
Op die manier leef ik ook mijn fotografie-passie uit én kan je meegenieten van het fantastische Naxos.
Vandaag heb ik 882 volgers en het is mijn persoonlijke challenge voor het einde van de zomer de kaap van de magische 1000 te overschrijden!
Wees dus welkom!

Suzanne

Gisteren, tijdens mijn meditatie, viel het me plots te binnen: ‘Daarom is er Corona!’.

Nee, ik ga je niet de zoveelste complottheorie voor de voeten gooien. Noch afkomen met al dan niet wetenschappelijk onderbouwde stellingen over het ontstaan van dit kleine organisme dat erin slaagt om de ganse wereld uit balans te brengen.
En ook nog even vooraf: begrijp me goed, ik voel me niet echt schuldig. Maar ik kan er niet om heen: ik heb er een stukje om gevraagd.

Het is nu al een hele tijd dat ik aan iedereen die het horen wil, uitspreek dat het mijn droom is om meer in Naxos te zijn. Dat ik hier mijn project verder wens uit te werken en dat ik wil kunnen genieten van deze prachtige plek.

Manifesteren… Ik weet niet of je er al van gehoord hebt, maar ik ben er momenteel veel mee bezig. Ik dacht, ik moet daar nog eens een cursus in volgen. Maar toen ik dus hoorde dat je diepste verlangens eigenlijk het makkelijkst te verwezenlijken zijn, viel hem – die spreekwoordelijke frank.

Ik heb natuurlijk zelf al heel wat stappen gezet om dit te realiseren. Ik heb gevraagd én gekregen. Denk maar aan de flexibiliteit van de Academie waar ik les geef. Ik heb gedurfd en gedaan. Maar dus dit jaar heeft de kosmos mij een duwtje in de rug gegeven.
Dankzij Corona ben ik al vroeger naar mijn eiland afgereisd. Door de lockdown ben ik in juni niet terug kunnen komen. In september kon ik wel komen lesgeven en mij even laven aan mijn besten vriendinnen en vrienden. Maar voor ik opnieuw moest afreizen naar het koude, natte België besloten ze opnieuw de deuren te sluiten… Ik twijfelde of ik zou blijven. Maar ben ik nu maar wat blij dat ik het deed! Want het was een kadootje van de kosmos!

Nee, het is niet allemaal rozengeur en maneschijn hier. Ook hier is alles gesloten en is de bewegingsvrijheid heel beperkt. Maar ik heb de zee en de zon. Ik kan mooie wandelingen maken en op mijn board af en toe het water op. Ik moet veel online werken maar ik kan het wel doen met een mooi uitzicht. En het daagt me ook uit om op een andere manier de lessen vorm te geven… Ik heb mijn groepen gemist deze zomer, maar ik mocht me hier wel meer en meer thuis voelen.

En ineens overvalt me een ontzettende dankbaarheid. Het is niet de manier waarop ik het me had voorgesteld, maar ik heb het wel gekregen, die tijd hier in mijn paradijsje! Het werkt!

Ik voelde me geblokkeerd om naar het volgende seizoen te kijken. Ik kon maar niet beslissen rond de planning. Durf ik het opnieuw aan, nu alles zo onzeker is? Maar ineens gaat er een deur open… Als de kosmos zo goed voor me zorgt, dan MOET ik gewoon vertrouwen!

Ik ga erin vliegen. De volgende dagen spendeer ik voornamelijk achter het scherm, maar alle vrije momenten ga ik broeden, schrijven, visualiseren, beslissen!
Ik ga ervoor!
Volgend jaar ga ik minstens zes geweldige groepen doen!
Volgend jaar ga ik minstens zes weken met individuele mensen of koppels aan het werk!
Dat is mijn nieuwe bestelling aan de kosmos. Ik laad het in mijn virtuele winkelkarretje, samen met nog wat andere wensen. Wensen die krachtig resoneren met mijn kern. Ik word er helemaal warm van.*

 

*Ik verontschuldig me al vooraf als je enig nadeel mocht ondervinden van de ingrepen die de kosmos zal doen om mijn dromen te vervullen. Dat is niet mijn intentie.

Ik kreeg het niet over mijn hart om de afspraak te verwijderen uit mijn digitale agenda: ’14u Carine en Jo ophalen en naar Medusa brengen’. Zelfs hun vlucht was ongewild in mijn agenda geraakt. Ze had immer haar vluchtgegevens doorgestuurd en mijn gmail doet dan zijn werk. Maar niet dus.
Ze komen niet.
Dat is al even beslist. En je zou denken dat ik al aan het idee gewend zou zijn geraakt.
Maar niet dus.

Tot nu toe was mijn tijd hier als het ware ‘extra time’. De eerste drie weken waren echt extra: ik zou op dat moment eigenlijk nog in België zijn. Dat waren ook nog echte werkweken. Daarna had ik van mezelf twee weken vakantie mogen voorzien. Ik had in België immers stevig gewerkt. Vanaf eind april stond mijn agenda open voor individuele retreats en was het tijd om mijn eerste groepen voor te bereiden.
De individuele retreats oogsten wel interesse en informatievragen, maar uiteindelijk stak een pandemie een stokje voor eigenlijke boekingen. Dus tot nu toe zou ik hier sowieso alleen geweest zijn. Maar vrijdag zouden mijn eerste gasten arriveren. Ze klonken heel aangenaam aan de telefoon. Ik ben er zeker van dat het een intense en fijne samenwerking zou hebben kunnen worden.
Zouden hebben kunnen… Dan moet ik telkens opnieuw denken aan Jos Ghysen. Bij een fout antwoord in het spelletje van Te bed of niet te bed, klonk het: ‘Had kunnen geweest zijn: 5 dagen Zwarte Woud’ (of een andere, op dat moment als exotisch in de oren klinkende, bestemming).
Maar niet dus.

Ik heb de afspraak dus niet verwijderd en nu het alsmaar dichterbij komt, merk ik dat het pijn doet.
Het gaat niet door.
Mijn groepen gaan niet door.
Ik kan niet spelen, leiden, verleiden, begeleiden, verrassen, vertellen, uitdagen, uitleggen, gidsen, voeden, inspireren…
Dat, waar ik reeds enkele jaren al mijn passie in leg, wil stromen.
Maar niet dus.

En de pijn gaat niet over de financiële impact van alle annuleringen. Niet fijn natuurlijk, maar ik ben bij de gelukkigen die gesteund worden door de Belgische Staat. Dus ik ga het wel overleven.
Nee, het gaat over een veel essentiëler iets. Het gaat over mijn volle potentieel dat ik niet kan benutten als ik mijn passie niet kan delen. Het gaat over mijn missie leven. Dat is tenslotte waarvoor ik op dit eiland ben. Omdat de energie hier de perfecte bodem biedt voor de persoonlijke groei van mensen die ik mag voeden.

(Hoogdravende woorden, vindt mijn bescheiden ikje. Maar ik volg een meditatie-challenge van Deepak Chopra rond Abundance (overvloed). En vanuit die energie sta ik me toch toe het te schrijven.)

Er is zoveel potentieel dat nu niet kan worden gebruikt. Dus zoekt het andere uitwegen. In hout en schelpen, in verf en doek, in zaag en schuurpapier. Tijd om mezelf te voeden, om zelf te rusten, te spelen en te ontdekken. En te genieten.

Ik doe het voor jullie bij.
Voor Carine en Jo, voor Ann-Marie, Lesly, Isabelle, Annelies, Krista, Ann, Kristel, Mieke, Mia, Hilde,…
En ja ook voor jou.
Want misschien wilde jij ook wel komen.
Maar niet dus.

Spannend… Ik vind het echt superspannend. Morgen lanceer ik mijn e-boek. Jawel, het is een marketinginstrument. Er wordt beweerd dat dat je credibiliteit verhoogt. En ik geef toe dat het me werd ingefluisterd door Hilde (www.hildevandebroek.com), die me een duwtje in de rug gaf om mijn project te promoten. Maar uiteindelijk was het gewoon een fijn project.

Ik liep al een tijdje rond met de vraag: maar ja, waarover? Wat heb ik te vertellen? En wie zit er op te wachten?

Maar toen ontstond het ineens. Het idee…

Ik ben nu al een paar maanden lid van Instagram. Heerlijk, want fotografie is een passie van me. Nu kan ik mijn foto’s delen. Mijn acount groeit maar langzaam. Wellicht moet ik dat vanuit promotioneel standpunt erg vinden. Maar ik merk dat ik geen zin heb om zomaar iedereen te beginnen volgen in de hoop dat ze mij terug volgen. Want blijkbaar werkt het zo.
Ik geniet ervan om met mijn foto’s bezig te zijn en op een bepaald moment begin ik ze te combineren met quotes. Al jaren verzamel ik die in schriftjes allerlei. Het is de ideale gelegenheid om er iets mee te doen.
Uren zit ik in mijn zetel, laptop op de schoot, te scrollen door mijn foto’s. De juiste foto bij de juiste quote. Het juiste lettertype. Het logo of een verwijzing naar de website… Het is spelen…

En dan is het bijna kerst. Ik krijg een reclame in de bus van Albelli om je eigen kalender te maken. En ik laat me verleiden. Op enkele minuten tijd is mijn kalender samengesteld met 12 foto’s met een quote er op. Heerlijk. Ik beslis om hem cadeau te geven aan vrienden.

Tweede kerstdag zit ik, met enkele kalenders in mijn koffer, op het vliegtuig naar Naxos. Terug naar huis – zo voelt dat ondertussen. En ineens bedenk ik: “Dat is het! Daar ga ik over schrijven! Dat is iets waar ik warm van wordt!” En zo gezegd zo gedaan. Tijdens die twee weken op mijn eiland houdt het me bezig. Ik kom niet buiten zonder schriftje. Schrijf bij het bakkertje, op café, in de zetel – uitkijkend op de woeste zee soms en de regenbuien. Schrijven, schrappen, kiezen en herzien… Tegen de tijd dat ik naar België terugkeer is het klaar. Of dat denk ik toch…

Maar niets is minder waar. Want als ik het dan nog eens helemaal nalees, wil ik toch nog één en ander veranderen… Uiteindelijk beslis ik dat het ‘voldoende goed’ is. Zo mag het naar een redactrice – want ik wil het wel graag een beetje professioneel aanpakken… En dan is het tijd voor de vertaling. Ook die moet nagelezen worden.

Natuurlijk heb ik ondertussen tijd om na te denken. Dus dan dienen er zich verschillende subpersoontjes aan. Ik had er een paar al weten gerust te stellen. (‘Nee, niet iedereen gaat dat goed vinden, maar dat is ok. De mensen die dat maar stom vinden, zijn wellicht niet de mensen die ik wil bereiken. En nee, de mensen die er echt toe doen gaan me niet minder graag zien omwille van dit e-boek.’)
Maar nu het zo ‘af’ is, komen er natuurlijk nog andere stemmetjes boven. Een paar zijn hardnekkig. Ik twijfel en twijfel. Maar een goede vriendin én mijn therapeut worden ingeschakeld om de dilemma’s mee te bekijken. Om te zoeken naar bepaalde formuleringen zodat het toch klopt én het door mijn innerlijke commissie kan worden goedgekeurd.

En dan, uiteindelijk, is de tekst klaar.

Blijk ik de vormgeving toch niet zomaar te kunnen uitbesteden, zoals ik had gedacht. Ik moet zelf aan de slag. Haleluja voor het bestaan van Canva. Maar ook al is het een gebruiksvriendelijk programma, toch is het soms vechten. En de tijd tikt weg… En mijn nachten worden alsmaar korter. Want ik wil het zo graag voor het einde van de maand…

Uiteindelijk is dan de vorm klaar.

Dan moet er nog een ladingspagina komen en begeleidende tekstjes en linken en…

 

Oh shit, niets meer en…

 

Het is klaar.

 

De tekst is klaar, de design is klaar, de pdf is klaar, de ladingspagina is klaar, de linken staan klaar… Het moet gewoon de deur uit.
En dat is het moment waar ik nu ben. Dat is hoe ik nu de nacht in ga: spannend. Want morgen is het zo ver.

Het is donderdag. Binnen exact een week vertrek ik terug naar België. Ik heb mezelf net streng toegesproken dat ik daar nog niet dien aan te denken. Dat het zo ondankbaar lijkt. Dat andere mensen vaak maar een week hier zijn / vakantie hebben en ik ben al bezig met ‘dat het bijna is gedaan’, als ik nog een week te gaan heb…

Ik kruip dus achter mijn computer. Net als de afgelopen dagen. Ik ben volop het programma voor 2020 aan het uitwerken. Dat is, afhankelijk van wanneer je me erover bezig hoort, ‘Super-geweldig-fijn!’ dan wel ‘Pfff moeilijk!’.

Als ik me met de inhoud mag bezig houden, dan geraak ik meteen in een flow. Ik bedenk dan nieuwe concepten, waar ik best tevreden mee ben, laat me gaan in alliteraties voor de juiste titels en moet mezelf temperen in het verder uitwerken van de sessies – ‘Dat is voor later Suzanne!’. Maar er is ook een andere kant natuurlijk…
Wanneer plan ik wat?
Blijf ik helemaal alleen werken of ga ik samenwerken met een fijne collega? Wat zijn hiervan de voor- en nadelen?
Plan ik méér, of juist minder groepen, nu ik langer in Naxos kan zijn?
Hoe ga ik het aanpakken wat betreft dat nieuwe idee rond ‘individual retreats’? En hou ik die Engelse term of ga ik voor het Nederlandse ‘retraite’? Of nog niets anders? Welke term dekt de lading? En waarop zouden mensen zoeken, als ze aan zoiets denken en ze googlen?
Wat doe ik met de mensen die al informatie hebben gevraagd? Geef ik al iets door of wacht ik nog? Want als ik al iets doorgeef en er verandert dan nog iets, wat dan? Want als ik samenwerk, moeten er ook prijsafspraken worden gemaakt, dan ben ik niet meer de enige die daarover beslist… Zou je dat dan wel doen Suzanne?
Ik begin al te blazen als ik even deze vragen op een rij typ. En ik kan je verzekeren, het zijn er nog véél meer!

Dus als ik daarmee bezig ben, gun ik mezelf af en toe een pauze. Zoals vanmiddag. Ik spreek af met Efi, een vriendinnetje van het eiland. We rijden samen naar Agia Anna en wandelen langs het strand naar Plaka. Bij Cedar-café aangekomen, horen we muziek en we zien dat de rolluiken van de bar omhoog zijn. Zou hij dan toch nog open zijn? Yiannis en zijn vrouw zijn inderdaad in de buurt, maar ze zijn aan het opruimen… Of we nog iets kunnen drinken? Hij heeft nog een paar biertjes en wat wijn… Koffie? Hij kan een Café Frappé maken… Ach ja, waarom niet, zoals vroeger… We mogen niet betalen. Hij is immers niet meer open, lacht hij.


We installeren ons op een bank in het zonnetje. Zo heerlijk. Alles is leeg, niemand op het strand, niemand op het terras. Wij twee en de zee.
Wanneer we terugwandelen wachten de katten ons op, waarmee we kennis maakten bij ons vertrek. Het kleinste springt steeds weer in de auto. Efi moet haar buitenzetten en snel de deur dicht trekken.
We rijden terug naar de stad en Manos, haar vriend, sluit aan voor een lunch. Daarna wandel ik met Efi richting Portara voor de zonsondergang (ja het is tenslotte al vijf uur ondertussen ;-)). We blijven onderaan het eilandje, lopen een eindje op de pier… Er wordt niet veel meer gezegd. Dat is zo leuk met Efi. We praten en ook niet teveel.

Onderweg naar huis bedenk ik dat ik de blog waar ik vanmorgen aan begon nog wil afwerken. En ik ga beslissen, vandaag. Ik ga de knopen doorhakken. Punt. Genoeg gedacht. Zo’n mooie dag vraagt een mooi einde. En een mooi einde vraagt duidelijkheid.

Dus voilà. Daar liggen die knopen dan.
Nu moet alles nog vorm krijgen. Mijn webmaster gaat er dit weekend en begin volgende week mee aan de slag. Ik ga al een en ander op de site aanpassen… De deadline die we afgesproken hebben is 15 november, de dag dat ik terug in België arriveer. Klinkt niet slecht.
Fingers crossed dat we hem halen. En ik ben benieuwd of jullie benieuwd zijn!

Wat een dag! Het lijken er wel drie in één!

Het begint lekker relaxed in the middle of nowhere 😉 waar ik mijn ontbijt van de bomen en wijnranken kan plukken. ’s Middags terug naar de bewoonde wereld en dan begint dag twee.

Beseffen dat ik straks niet alleen twee gasten moest gaan ophalen, maar dat de twee anderen ook al in Athene arriveren en dat ik daar een taxi voor zou regelen. Ik bel dus naar George, de liefste taxichauffeur van Athene en omstreken, groot en vertederend schattig maar tegelijkertijd een snelheidsduivel die er steeds voor zorgt dat je die boot haalt, ondanks de vertraging van het vliegtuig; die zegt: als je bang bent, doe dan je ogen maar dicht… Die George is niet in Athene op dit moment. Maar geen nood, hij verwittigt een collega die ‘de vracht’ ophaalt en vervoert – en hij belt me nadien om te zeggen dat alles goed verlopen is!

Even opzoeken hoe laat M morgen zal arriveren, want zij antwoordde niet meer op mijn mail. Tussendoor een was insteken en misschien toch ook nog een paar dingen opruimen in de studio. Een vriend die even langs komt voor een koffie. En dan toch maar even die mails bekijken. Er staan weer veel te veel vlaggetjes!

En dan is het alweer tijd om naar het vliegveld te rijden om de volgende gasten op te halen. Deel drie.
Ik ben er een tiental minuten te vroeg. Terwijl ik ondertussen eigenlijk al weet dat de vluchten meestal wel een beetje te laat arriveren. Maar het wachten wordt goed besteed: ik stof de auto af met een borsteltje en gebruik de vochtige washandjes die A heeft achtergelaten om ook het dashboard stofvrij te maken. Het is een indrukwekkend verschil.

Ik vond het wat vervelend voor T, die zou arriveren om 18u20, dat ik haar zou moeten zeggen dat we nog 35 minuten moesten wachten op de tweede gaste. Maar omdat zij maar om 18u45 arriveerde, was het maar 10 minuten. Nog voor het Olympic vliegtuigje was uitgestapt, landde Sky Express al. Dan was het alleen nog wachten op de baggage. Maar op een vliegveldje dat kleiner is dan het station van Leuven (dat waren C haar eerste woorden ;-)) kan dat niet lang duren. Of toch?

Geen zwarte grote valies op vier wieltjes.

C is van haar melk. Ik schiet in eerste instantie in mijn ‘oplosser’:
‘Ik heb nog wel een tandenborstel en ik kan haar…’
‘Dat helpt me niet hoor, ik wil nog niet bezig zijn met plan B!’.
Ah, ok.  Ik zwijg even. Dan komt mijn ‘relativeerder’ naar voor.
‘Ja, sorry, ik begin dan al vanalles te plannen omdat ik ondertussen een professionele bagageverliezer ben. Ik heb het zeker al een keer of vijf voor gehad…’
En dan komen de verhalen van ‘die keer in Canada’ en ‘toen in Portugal’… Dat werkt blijkbaar wel geruststellend. Want bagage verliezen betekent zeker niet dat die echt kwijt is. Laat staan gestolen. Nee hoor, die staat ergens te wachten in Amsterdam of Athene. Morgen is die er!

De dame van Sky moet eerst nog het vliegtuig mee de lucht in krijgen en kan zich dan over onze zaak buigen. Het gebeurt wel meer met die samenwerkingen, vertelt ze. Met KLM en Air France. Soms zijn er dagen waar er verschillende dingen mislopen, dan gaat het weer dagen goed. En nee, ze weet niet waar de bagage zich nu bevindt. Maar ze geeft ons resoluut alle nodige informatie en heeft een geruststellende invloed zonder beloftes te doen.

Uiteindelijk is het al 20u30 als ik de meisjes aan hun respectievelijke hotels afzet. Ze gaan nog iets eten bij Medusa. Ik leg C uit hoe ze via het strand naar haar nieuwe thuis kan lopen. Als ik thuis kom, en wat kleren voor haar bijeenzoek, voelt het toch niet goed om zo’n jonge vrouw alleen langs het donkere verlaten strand te sturen. Het is ‘black moon’ dus het is redelijk donker. En ze heeft het nog nooit gedaan, heeft zelfs geen idee waar ze is… Dus ik bel haar en instrueer haar me te verwittigen als ze klaar zijn. Het voelt beter als ik ze kan oppikken.
Als we in de auto zitten, raken we zo aan de praat, dat we het verhaal toch nog even op haar terras verder zetten.
Het is dus al laat, de avond van de derde dag van vandaag. Tijd om te gaan slapen.

En er is nog zoveel te doen. Maar Siga, siga. Er is morgen nog… Alles op zijn tijd.

Het was perfect. Daarmee wilde ik beginnen. Maar dat kan eigenlijk niet als ik vorige keer schreef dat het mislukt is! En toch. Dat is hoe het nu voelt.

‘Het was een supergroep, de beste ervaring ever!’ roept een enthousiast stukje uit.

Het heeft zeker te maken met de deelnemers. Mensen die er echt voor willen gaan. Zoals wel vaker voelt het in eerste instantie dat ‘de man is meegekomen’ – om zijn vrouw een plezier te doen. Maar dat verdwijnt al snel. Het ene koppel is al 30 jaar samen, het andere 10. En voor deze laatsten is de timing wel heel bijzonder: zij vliegen vrijdag na de cursus terug naar België en staan zaterdag op het stadhuis om te trouwen! We hebben al grappend gezegd dat het een beetje lijkt op die ‘voorhuwelijkse cursussen’ die ze vroeger wel eens organiseerden binnen geloofsgroepen (misschien doen ze dat nog, dat weet ik niet). Alleszins, het voelt bijna alsof ze nog echter en diepgaander ‘ja’ kunnen zeggen aan elkaar.

Het heeft ook te maken met het nieuwe concept. Dat doe ik zo graag: nieuwe dingen bedenken, elementen uit verschillende werelden, verschillende opleidingen en verschillende bronnen aan elkaar koppelen en zo iets nieuws creëren. En dan voelen dat het werkt. Soms werkt het op een andere manier dan ik had voorzien. Maar het werkt. Altijd. Zelfs als het mislukt.
We hadden het er later nog over, over die opdracht met de loep (trouwens, mijn ‘leraar’ zei gisteren – met veelzeggende wenkbrauwstand – ‘ja, nee, tuurlijk werkt dat niet! Eind augustus, dat uur!’). Maar het had duidelijk niet uitgemaakt, of het nu werkte of niet. Het had rust gebracht voor de ene en voor de andere had het hem in contact gebracht met een vasthoudendheid…

Omdat het resultaat, naast het proces, toch ook wel van belang is, voorzie ik in de laatste sessie opnieuw tijd om het kistje af te werken. En deze keer zit de zon helemaal mee. En initialen en data worden onuitwisbaar in het hout gebrand. Jeuj!

Wat ook zo fijn is – en moeilijk tegelijk! – is dat ik nog 100 andere ideeën heb. Nog andere opdrachten die ik voorbereid heb. En dat ik doorheen de week steeds moet kiezen: ‘welke weg ga ik uit?’  Zware discussies in mijn hoofd, want natuurlijk is alles interessant! Het creëren in het moment, dat is wat ik het liefste doe. Wellicht is het daarom dat improvisatietheater mijn ding is. Kijken, connecteren, afstemmen, accepteren,… ‘Staying within the circle’ (dus niet té rare dingen doen), maar steeds op de rand van het verwachte. Uitdagen, net dat beetje voorbij de ‘comfortzone’, het is daar dat je groeit. En angstige of terughoudende stukjes verleiden om creatieve oplossingen te bedenken… Altijd respect hebben voor de weerstand – want dat is heilig voor mij als IV-therapeut! – en tegelijkertijd prikkelen en uitdagen.

Het zijn hoogdagen voor me!

Na de afronding kan ik even gaan chillen in the middle of nowhere, en nu ben ik alweer klaar om de eerste gasten voor de volgende reeks te gaan ophalen. Morgen start Eye to I… Er dient nog een hoop te gebeuren. (Je wil niet weten hoe de studio eruit ziet!) Maar Siga, siga. Er is vanavond nog en morgen… Alles op zijn tijd.

‘Het is mislukt. Gewoon helemaal mislukt vandaag.’ Dat is de mening van mijn perfectionist.

Ik was nochtans enthousiast over de sessie die ik had uitgewerkt.
Thema samenwerken. Uitdagingen voor de koppels…
Eéntje daarvan gekoppeld aan een onderwerp dat eerder deze week aan bod is gekomen. Enthousiast ook omdat ik deze opdracht wat meer mannelijk vond van energie. Niet alleen het ‘pareltjes en kleurtjes-geknutsel’. Nee, ze krijgen de uitdaging om met een loep de zon te vangen en zo in hout te branden. Zelf ben ik er nu al meer dan een maand mee bezig en ik vind het super. Ik denk alles goed te hebben voorbereid: ik probeer het zelf uit op het kistje dat ik voor hen voorzien heb (om zeker te zijn dat het ook met dat soort hout gaat!). Gistermiddag schrijf ik er zo mijn naam op en zelfs vandaag, terwijl ik wacht brand ik nog een hartje en wat versiering. En het lukt perfect. Ik probeer het ook met de nieuwe loepen die ik speciaal heb gekocht. Om zeker te zijn, want ik doe het zelf altijd met een klein oud loepje (dat wel al onder de krassen zit, maar nog goed haar ding doet). En je weet nooit dat die nieuwe anders reageren. Je hoort iedereen dat toch beweren: dat de dingen niet meer zijn wat ze zijn geweest! 😉
Maar dus het werkt allemaal. Dus ik geef vol vertrouwen de verschillende opdrachten en geniet van de onzekerheid die ontstaat over deze minder gekende werkvorm.

Het is mijn voornemen om de deelnemers niet te helpen bij het zoeken naar oplossingen – daar ligt net de uitdaging. Dat moeten zij met hun tweeën doen! Maar dan zie ik ze draaien en keren met de loep. Dichterbij, verderaf. Recht op, schuin… En er gebeurt niets. Ik wil helpen. Mag niet van mezelf. Het beste wat ik kan doen is meedoen, bedenk ik. Ik neem dus mijn eigen kistje en mijn loep en begin eraan. Maar er gebeurt niets. Geen vlammetje, geen verkleuring. Ik hou de loep op de juiste afstand, in de juiste hoek. Ondertussen ben ik toch al een beetje een getrainde ‘brander’, denk ik. Maar niets.

Een stukje van mij wil gewoon snel stoppen en doen alsof haar neus bloedt. ‘Ze moeten niet weten dat het bij mij ook niet lukt – dat het misschien gewoon niet gaat.’ Maar daarvoor ben ik te eerlijk. Dus ik zeg het. En ik ontsla hen als het ware van de derde uitdaging. Maar ik kan niet zeggen waarom. Volgens mij ligt het niet aan het tijdstip. Ik heb al eerder rond dit tijdstip van de dag gewerkt… Ligt het aan de wind? Ligt het aan de ‘mist’ die ik voor Paros zie hangen? Ik weet het niet. Ik neem me voor het uit te zoeken of na te vragen.

We keren terug naar de ruimte, delen ervaringen en sluiten af. Mensen benoemen dat het een leuke sessie was. Mooi ook hoe ze zelf patronen zien en die kunnen linken aan de stramienen van hun dagelijks leven. Super toch?!

Maar dan zijn de mensen weg en ruim ik de scherven op van de tas die door de wind tegen de grond is gegaan. Probeer ik de kaarten die in de koffie hebben gelegen alsnog te redden. Dan wil ik al een en andere klaar zetten voor morgenvroeg. Maar voor ik dat kan doen overvalt me het donkere gevoel. ‘Het is mislukt!’

‘Maar nee, dat is niet mislukt, het is gewoon anders gelopen dan voorzien.’
‘Het is mislukt!’
‘En ze hebben zelf nog aangebracht dat ze morgenvroeg het opnieuw gaan proberen! ‘
‘Het is mislukt!’
‘Ja, als je iets doet waarbij je afhankelijk bent van de natuurelementen heb je niet alles in de hand he. Maar ook dat is toch iets waar mensen iets van kunnen leren!’
‘En toch is het mislukt!’
‘Awel ja en wat dan nog!’

Ik probeer vol compassie naar mijn eigen niet-compassievolheid te kijken.
Maar als ik eerlijk ben is het mislukt 😉