1 mei, dag van de arbeid.
2 mei, dag van de vlucht voor mijn eerste cliënten. Ze vliegen op Santorini, waar ze een dagje rust nemen en even kunnen genieten van de witte huisjes en kerkjes op de zwarte kliffen.
3 mei, dag dat ik dit koppel mag gaan opwachten aan de haven. Ik breng hen naar het hotel en daarna gaan we samen lekker op restaurant, waar we het aangename aan het nuttige (het bespreken van de planning) kunnen koppelen.

En dan zijn we vertrokken.
Vertrokken voor een nieuw seizoen in Naxos.

Het belooft weer mooi te worden. Het najaar zit haast vol. Dus als je voor eind augustus, september of oktober nog een plekje wil, aarzel dan niet, want ze zijn schaars geworden!
Maar misschien wil je niet zo lang wachten. Heb je het NU meer dan nodig. Duik dan onmiddellijk in je agenda, want in het voorjaar is er nog heel wat mogelijk.

Ik zoom in deze nieuwsbrief dan ook graag in op twee thema-retreats die in mei en juni/juli op het programma staan. Ook als je zin hebt in een individuele retreat, eentje voor jullie als koppel, aarzel niet om mij te contacteren. Ik ben ondertussen gespecialiseerd in mirakeltjes realiseren! 😉

Wise Women’s Wisdom
Zondag 21 tot en met vrijdag 26 mei 2023

Een retreat voor vrouwen,
voor bijzondere vrouwen,
voor wijze vrouwen,
voor vrouwen die hun vrouw-zijn (opnieuw) willen omarmen.

We gaan aan de slag met oeroude verhalen.
We trekken de natuur in en laten ons verrassen.
We maken contact met onze wijsheid, met dat wat er is.
We laten de zee wegspoelen wat niet (meer) nodig is.
We creëren nieuwe verhalen, met woorden en met daden.

Ik garandeer dat elkeen als een nieuwe vrouw naar huis kan.
Herboren in zichzelf. 
Hervonden.

Wil jij springen en deel uit maken van deze vrouwencirkel?
Bel me, schrijf me, laat me vlug iets weten.
Ik ondersteun je ook praktisch in een last-minute reis naar dit prachtige eiland!

Four Elements for Balance
Woensdag 28 juni tot en met maandag 3 juli 2023
Eind juni gaan de deuren van de elementen weer open. De elementen die onlosmakelijk deel uitmaken van het eilandleven.
Het water, dat ons omringt. Dat ons vult. Waarop onze emoties kunnen drijven.
De lucht, die hier voelbaar is in de Meltemi, of soms in de Sirocco. Die zichtbaar is in opstuivend zand, woeste baren of wuivende rietstengels.
De aarde, die hier alle tinten heeft van grijs, over beige, tot rood. Die soms door de tijd omgevormd is tot rotsen en mineralen. We werken op en in het zand, het strand, maar ook in een verlaten steengroeve.
Het vuur, dat vele vormen kent. De zon natuurlijk, die kan branden op je huid. Maar ook het brandend kampvuur dat inspireert en laat bewegen.Al deze elementen, die verwijzen naar yin en yang, naar sterrenbeelden, naar seizoenen.
Al deze elementen die ook verwijzen naar onze innerlijke wereld. Naar eigenschappen die we hebben, teveel hebben of te weinig. Die we kunnen aanvullen of temperen.
Om zo te komen tot balans.

Evenwichtiger terug inschepen op de boot of het vliegtuig richting vaste land. Richting het dagelijks leven.
Bewuster, herladen, vernieuwd. 
De elementen reizen met je mee. 

Ik ben er klaar voor.
Ik heb er zin in.
En ik verwelkom je met open armen, met een warm hart en met heel bijzondere aandacht. Ik verzeker je een onvergetelijke ervaring. 
Die je meedraagt. 
Die je voedt. 
 
Een reis naar je essentie. 

Naar goede gewoonte wil ik mijn nieuwsbrief afsluiten met een verhaaltje.
Wat ik mensen bied is geen theorie, maar een ervaring. Het leven dat leert.
Het deed me denken aan volgend verhaal…
Het waterboek Op een dag vroeg de leerling aan de meester: ‘Kunt u mij een boek aanbevelen waarin de waarheid achter het mysterie van het leven beschreven wordt?’
De meester, die zelf ook een paar boeken in zijn kast had staan, greep naar een boek dat ging over de geheimen en de wonderbaarlijke vermogens van water en over de betekenis van water voor ons leven op aarde. Hij gaf het boek aan zijn leerling en zei: ‘Neem het tussen je beide handen en wring het uit!’
De leerling keek verbaasd, maar deed wat hem gezegd werd. Hij kneep en wrong, maar de meester zei: ‘Je moet harder knijpen.’
De leerling deed zijn best, doch de meester riep: ‘Harder!’
Dit ging een tijdje zo door. Uiteindelijk gaf de leerling het op, niet wetend wat de bedoeling hiervan was. De meester vroeg hem: ‘Heb je er water uit kunnen persen?’
‘Nee, natuurlijk niet!’
‘Zie je,’ zei de meester, ‘uit een boek over water komt geen water, en uit een boek over waarheid komt nooit de waarheid zelf.’

Uit Lente in je hart van Erich Kaniok

Wist je dat ik, wanneer ik in Naxos ben, elke dag een foto post op instagram?
Op die manier leef ik ook mijn fotografie-passie uit én kan je meegenieten van het fantastische Naxos.
Vandaag heb ik 882 volgers en het is mijn persoonlijke challenge voor het einde van de zomer de kaap van de magische 1000 te overschrijden!
Wees dus welkom!

Suzanne

En weer is het van dat: ik neem eindelijk nog eens een boek mee om wat te lezen en na, deze keer maar 7 pagina’s, heb ik zelf alweer zin om in de pen te kruipen (cfr blog van 4 juli). Gelukkig heb ik mijn schriftje mee.

Zo gaat dat met een goed boek: het inspireert.
Het is niet zomaar een boek. Ik kreeg het cadeau van het paar dat op couple’s retreat kwam. De man had het mee om te lezen en het had hem ook geïnspireerd. Tijdens onze eerste sessie citeerde hij reeds:

‘Aimer, ce n’est pas se regarder l’un l’autre,
c’est regarder ensemble dans la même direction.’

van Antoine de Saint-Exupéry.

En dat hij het hier niet helemaal mee eens was. Dat dat misschien zelfs de valkuil was in een langdurige relatie. Dat je misschien wel teveel in dezelfde richting keek (om het bedrijf dat ‘gezin’ heet, draaiende te houden) en te weinig naar elkaar. Misschien moeten mensen die lang samen zijn, juist terug leren om naar elkaar te kijken. En dat is precies waarom ze hier zijn: terug die connectie vinden. Twee harten, twee zielen die elkaar tegen komen en ervoor kiezen om samen op weg te gaan. De weg wordt alsmaar duidelijker en breder. Het ‘samen’ dreig je onderweg te verliezen.
Aan het einde van de week krijg ik het boek cadeau (inclusief zand – heerlijk!) met een mooie boodschap erin geschreven. ‘Je hebt ons een nieuwe weg getoond…’ zie ik er onder meer in staan. Kan het toepasselijker?
En dus neem ik het boek mee, wanneer ik naar een terrasje fiets waar de cederbomen wat bescherming bieden voor de hittegolf die me airconditioning leert appreciëren.

Nog in dezelfde eerste ode staat nog een citaat, van Rodaan Al Galidi deze keer. Nederlandse poëzie.

Morgen
Ga ik naar de vrouw van wie ik hou
En geef ik haar haar vleugels terug.

Zo mooi.
En zo herkenbaar: je vleugels verliezen in een relatie, misschien zelfs niet zozeer omdat de ander ze kortwiekt of afneemt. Maar soms ben je zo verblind door het pad van de ander dat je zonder dat je het zelf weet, meer aan het stappen bent dan aan het vliegen. En ook daar is op zich niets mis mee. Alleen, misschien ben je gewoonweg een vrouw die voorbestemd is om te vliegen. En als je dan trouw wil blijven aan jezelf, dien je zelfs niet te wachten tot de ander je je vleugels teruggeeft, maar mag je zelf stoppen om ze op te rapen.
Hoe pijnlijk het ook is om het gezellige pad dat je met twee bewandelde te verlaten, eens je weer de vrijheid van je vleugels voelt, eens je weer zweeft en vliegt, duikt en stijgt, besef je dat dit je ware aard is.

Alle goeie dingen komen per drie, dus laat me er nog eentje tegenaan gooien.

‘Liefde is het begin en het einde van alles.’

Ik hoorde het gisteren in zo’n romantische feel-good-movie, die je wel eens kijkt in ‘zo’n periode’. Het raakte me.
Ja, liefde is het begin van alles en misschien is het einde ook verbonden met liefde – zelfliefde. Een liefde die wat stiefmoederlijk wordt behandeld. Een liefde waar we niet standaard in worden opgevoed, waarin we vaak niet worden gestimuleerd maar eerder afgeremd, ter voorkoming van ongebreideld egoïsme. Maar ook dat is liefde. Belangrijke liefde.

Liefde, een woord dat veel gebruikt wordt, een woord dat heel veel lagen heeft.
Liefde waarin we naar elkaar kijken en naar onszelf en samen vooruit.
Liefde waarin we een pad gaan, maar ook hoog vliegen.
Liefde die pijn doet en liefde die heelt.

Liefde.

Ik wens het je toe. De liefde die juist is.

Oei, als ik het boek van Dirk De Wachter lees, begin ik me al snel schuldig te voelen over mijn geluk (ik moet toegeven dat ik al na 25 pagina’s in mijn pen kroop, dus misschien zijn sommige reacties wat voorbarig, maar ik kon me niet houden). Niet dat ik me altijd gelukkig voel. Integendeel. Ik heb net twee dagen achter de rug waarin de tranen weer eens stevig vloeiden. Zuidwind, zou mijn vriend zeggen. Ingewikkelde relaties en oningevulde verwachtingen, is mijn eigen diagnose.
Dus besluit ik weer maar eens ‘mezelf te herpakken’. Ik ben tenslotte zelf verantwoordelijk voor mijn geluk, vindt een wijs stukje van mij. Dat is trouwens de reden dat ik hier op een terrasje zit. Ik volg Deepak Chopra’s advies (stap 5: release the emotion through physical movement (vertaal: spring op je fiets) en stap 7:do something nice for yourself (vrij vertaald als drink een Freddo Cappucino en eet een ijsje)).

 

Bij het buiten gaan grits ik het dunste boekje van de stapel en blijkt het toch wel ‘De kunst van het ongelukkig zijn’ te zijn.

 

En daar ben ik dus niet zo goed in, denk ik. Ik heb na een ongelukkige jeugd en jarenlange therapie en persoonlijke ontwikkeling, een staat van zijn bereikt, die ik als gelukkig zou bestempelen. Soms stel ik het zo: vroeger was ik ongelukkig met gelukkige momenten, nu ben ik gelukkig met ongelukkige momenten. Dus ik voel mezelf beter in de kunst van het gelukkig zijn. Er zijn een paar dingen de me daarbij helpen. Drie principes, zeg maar.

 

Alles is een kwestie van kijk – waar focus je op?

Dan denk ik meteen aan een recente ervaring, tijdens mijn verblijf in België… Ik kwam na twaalven thuis en deed drie rondjes in de buurt om een parkeerplekje te vinden. Uiteindelijk parkeerde ik om de hoek, net voorbij een stelling. Die stelling had moeten een lichtje doen branden, maar mijn licht was al uit…
Toen ik de volgende morgen met twee zware tassen op de schouders en een koffiemok in de hand de hoek om kwam, vond ik een lege parkeerplek en een fluitende werkman op de stelling. Weggesleept dus…
Een voorbijganger merkte smalend op: ‘Ja, als er een bord staat, mag je niet parkeren, he madam!’. Ik pleitte meteen schuldig. ‘Ik heb het niet gezien, het is helemaal mijn eigen schuld.’ Een buurman wist me te zeggen dat ze de auto’s vaak naar plek X takelen… Hij had het ook eens meegemaakt. Ik vroeg toelichting naar die plek en zei dat ik dan op mijn fiets zou springen om hem te gaan zoeken, want dat ik moest gaan werken. Daarop reageerde de man met ‘wacht twee minuten’ en hij haastte zich, grabbelde zijn lunch bij elkaar, deed zijn schoenen aan en geen tien minuten later had hij mij afgezet bij mijn auto. Ik kwam op tijd aan op het werk.
Een hele dag liep ik op wolkjes – zo’n geluk dat ik toch had!

 

 

Als er iets is dat me erg ongelukkig maakt, probeer ik het te veranderen.

Natuurlijk is dat afhankelijk van waar het om gaat. Maar je zou ervan versteld staan hoeveel je zelf in de hand hebt. Het gaat niet altijd van de ene dag op de andere. Geduld is daarbij dan ook helpend.
Ik merkte bijvoorbeeld dat de overvolle agenda die ik mezelf had ‘aan gedaan’, toen ik in België was, me uitputte en eigenlijk echt geen voldoening gaf. Dus ondernam ik meteen iets om de volgende België-stop iets draaglijker te maken en beloofde mezelf om mijn keuzes rond werk en engagementen opnieuw in vraag te stellen. En dat is zeker niet voor morgen, maar ik denk dat ik op vijf jaar tijd, wel één en ander op een rijtje krijg!

Alles is relatief

Het is niet omdat ik (en met uitbreiding iedereen) foto’s post van de zon, dat die altijd schijnt. Voor elke foto van een pittoresk plekje hier, kan ik ook een foto posten van een vervallen plek, achtergelaten vuilnis of slecht verzorgde dieren… Maar wie heeft daar een boodschap aan?
Ik heb er al over gedacht hoor, om een schaduwprofiel te maken en mezelf uit te dagen om elke dag, naast het mooie / positieve plaatje, ook een ander te posten. Misschien is dat zelfs nog een grotere uitdaging: omdat goed in beeld te brengen. Ik schreef haast ‘mooi in beeld te brengen’, maar van dat mooi moet ik dus vanaf ;-).
Soms voel ik me ook een beetje schuldig dat ik alleen maar mooie beelden laat zien. Maar ik ga ervan uit dat mensen wel beseffen dat dit ook maar een deel van de werkelijkheid is (maar weldegelijk een deel van de werkelijkheid!). Net zoals je in een film ook maar een deel van het leven te zien krijgt. Je ziet mensen vertrekken en aankomen, maar niet het lange saaie onderweg. Of je ziet mensen kussen en meteen daarna bekomen van een stomende vrijpartij, maar je ziet niet het naar boven gaan en ontdekken dat je kamer toch wel meer overhoop ligt dan je had gedacht / ongemakkelijke kleren uit doen / het ‘ik moet nog even naar het toilet’ of ‘auw, je ligt op mijn haar’… En we weten allemaal dat dat er wellicht ook tussen zit. Dus denk daar maar eens aan als je van de wijs wordt gebracht door de positieve verhalen die je op sociale media tegenkomt.

 

 

Dus ja, ik ben gelukkig. En dat maakt dat ik ongeluk over het algemeen makkelijker kan dragen, wellicht. Hierbij grijp ik graag nog even terug naar den Dirk… Want achteraan in het boekje (ja, ik ben ook zo iemand die toch alvast naar het einde door bladert, ook al zit ze nog maar aan pagina 20;-)) staat in hele grote letters: ‘Het is de ethische plicht van de gelukkige mens, die uit een warm nest komt en graag wordt gezien en het goed heeft, om de lastigheid van de wereld te zien en er iets mee te doen.’

Awel, ik probeer wat gelukkigheid de wereld in te sturen. Onder meer door mijn foto’s. En soms ook door een verhaaltje of een blogske zoals dit. Ik hoop dat het misschien een millimeter mag bijdragen tot jouw geluk! En dat ik me dus niet schuldig ga voelen, maar wil delen!

Gisteren, tijdens mijn meditatie, viel het me plots te binnen: ‘Daarom is er Corona!’.

Nee, ik ga je niet de zoveelste complottheorie voor de voeten gooien. Noch afkomen met al dan niet wetenschappelijk onderbouwde stellingen over het ontstaan van dit kleine organisme dat erin slaagt om de ganse wereld uit balans te brengen.
En ook nog even vooraf: begrijp me goed, ik voel me niet echt schuldig. Maar ik kan er niet om heen: ik heb er een stukje om gevraagd.

Het is nu al een hele tijd dat ik aan iedereen die het horen wil, uitspreek dat het mijn droom is om meer in Naxos te zijn. Dat ik hier mijn project verder wens uit te werken en dat ik wil kunnen genieten van deze prachtige plek.

Manifesteren… Ik weet niet of je er al van gehoord hebt, maar ik ben er momenteel veel mee bezig. Ik dacht, ik moet daar nog eens een cursus in volgen. Maar toen ik dus hoorde dat je diepste verlangens eigenlijk het makkelijkst te verwezenlijken zijn, viel hem – die spreekwoordelijke frank.

Ik heb natuurlijk zelf al heel wat stappen gezet om dit te realiseren. Ik heb gevraagd én gekregen. Denk maar aan de flexibiliteit van de Academie waar ik les geef. Ik heb gedurfd en gedaan. Maar dus dit jaar heeft de kosmos mij een duwtje in de rug gegeven.
Dankzij Corona ben ik al vroeger naar mijn eiland afgereisd. Door de lockdown ben ik in juni niet terug kunnen komen. In september kon ik wel komen lesgeven en mij even laven aan mijn besten vriendinnen en vrienden. Maar voor ik opnieuw moest afreizen naar het koude, natte België besloten ze opnieuw de deuren te sluiten… Ik twijfelde of ik zou blijven. Maar ben ik nu maar wat blij dat ik het deed! Want het was een kadootje van de kosmos!

Nee, het is niet allemaal rozengeur en maneschijn hier. Ook hier is alles gesloten en is de bewegingsvrijheid heel beperkt. Maar ik heb de zee en de zon. Ik kan mooie wandelingen maken en op mijn board af en toe het water op. Ik moet veel online werken maar ik kan het wel doen met een mooi uitzicht. En het daagt me ook uit om op een andere manier de lessen vorm te geven… Ik heb mijn groepen gemist deze zomer, maar ik mocht me hier wel meer en meer thuis voelen.

En ineens overvalt me een ontzettende dankbaarheid. Het is niet de manier waarop ik het me had voorgesteld, maar ik heb het wel gekregen, die tijd hier in mijn paradijsje! Het werkt!

Ik voelde me geblokkeerd om naar het volgende seizoen te kijken. Ik kon maar niet beslissen rond de planning. Durf ik het opnieuw aan, nu alles zo onzeker is? Maar ineens gaat er een deur open… Als de kosmos zo goed voor me zorgt, dan MOET ik gewoon vertrouwen!

Ik ga erin vliegen. De volgende dagen spendeer ik voornamelijk achter het scherm, maar alle vrije momenten ga ik broeden, schrijven, visualiseren, beslissen!
Ik ga ervoor!
Volgend jaar ga ik minstens zes geweldige groepen doen!
Volgend jaar ga ik minstens zes weken met individuele mensen of koppels aan het werk!
Dat is mijn nieuwe bestelling aan de kosmos. Ik laad het in mijn virtuele winkelkarretje, samen met nog wat andere wensen. Wensen die krachtig resoneren met mijn kern. Ik word er helemaal warm van.*

 

*Ik verontschuldig me al vooraf als je enig nadeel mocht ondervinden van de ingrepen die de kosmos zal doen om mijn dromen te vervullen. Dat is niet mijn intentie.

Ik kreeg het niet over mijn hart om de afspraak te verwijderen uit mijn digitale agenda: ’14u Carine en Jo ophalen en naar Medusa brengen’. Zelfs hun vlucht was ongewild in mijn agenda geraakt. Ze had immer haar vluchtgegevens doorgestuurd en mijn gmail doet dan zijn werk. Maar niet dus.
Ze komen niet.
Dat is al even beslist. En je zou denken dat ik al aan het idee gewend zou zijn geraakt.
Maar niet dus.

Tot nu toe was mijn tijd hier als het ware ‘extra time’. De eerste drie weken waren echt extra: ik zou op dat moment eigenlijk nog in België zijn. Dat waren ook nog echte werkweken. Daarna had ik van mezelf twee weken vakantie mogen voorzien. Ik had in België immers stevig gewerkt. Vanaf eind april stond mijn agenda open voor individuele retreats en was het tijd om mijn eerste groepen voor te bereiden.
De individuele retreats oogsten wel interesse en informatievragen, maar uiteindelijk stak een pandemie een stokje voor eigenlijke boekingen. Dus tot nu toe zou ik hier sowieso alleen geweest zijn. Maar vrijdag zouden mijn eerste gasten arriveren. Ze klonken heel aangenaam aan de telefoon. Ik ben er zeker van dat het een intense en fijne samenwerking zou hebben kunnen worden.
Zouden hebben kunnen… Dan moet ik telkens opnieuw denken aan Jos Ghysen. Bij een fout antwoord in het spelletje van Te bed of niet te bed, klonk het: ‘Had kunnen geweest zijn: 5 dagen Zwarte Woud’ (of een andere, op dat moment als exotisch in de oren klinkende, bestemming).
Maar niet dus.

Ik heb de afspraak dus niet verwijderd en nu het alsmaar dichterbij komt, merk ik dat het pijn doet.
Het gaat niet door.
Mijn groepen gaan niet door.
Ik kan niet spelen, leiden, verleiden, begeleiden, verrassen, vertellen, uitdagen, uitleggen, gidsen, voeden, inspireren…
Dat, waar ik reeds enkele jaren al mijn passie in leg, wil stromen.
Maar niet dus.

En de pijn gaat niet over de financiële impact van alle annuleringen. Niet fijn natuurlijk, maar ik ben bij de gelukkigen die gesteund worden door de Belgische Staat. Dus ik ga het wel overleven.
Nee, het gaat over een veel essentiëler iets. Het gaat over mijn volle potentieel dat ik niet kan benutten als ik mijn passie niet kan delen. Het gaat over mijn missie leven. Dat is tenslotte waarvoor ik op dit eiland ben. Omdat de energie hier de perfecte bodem biedt voor de persoonlijke groei van mensen die ik mag voeden.

(Hoogdravende woorden, vindt mijn bescheiden ikje. Maar ik volg een meditatie-challenge van Deepak Chopra rond Abundance (overvloed). En vanuit die energie sta ik me toch toe het te schrijven.)

Er is zoveel potentieel dat nu niet kan worden gebruikt. Dus zoekt het andere uitwegen. In hout en schelpen, in verf en doek, in zaag en schuurpapier. Tijd om mezelf te voeden, om zelf te rusten, te spelen en te ontdekken. En te genieten.

Ik doe het voor jullie bij.
Voor Carine en Jo, voor Ann-Marie, Lesly, Isabelle, Annelies, Krista, Ann, Kristel, Mieke, Mia, Hilde,…
En ja ook voor jou.
Want misschien wilde jij ook wel komen.
Maar niet dus.

Het is een emo-dag. Tijdens een meeting vertel ik dat ik last heb van het slechte weer. Het is koud, het regent en er zijn zoveel wolken dat ik zelfs het eiland tegenover me niet kan zien. Er wordt gelachen. ‘Haha, en daar zit ze dan op haar paradijselijke eiland!’ Zo scherp is het niet bedoeld. Zo scherp komt het wel binnen.
Er komen tranen. Die had ik niet verwacht.

En ik probeer me te herpakken. Anderen hebben het zoveel moeilijker dan ik. Alhoewel ik de eerste ben om aan anderen te zeggen dat ‘last’ niet te vergelijken valt. Maar ik kan het niet laten. En de tranen blijven maar komen.

Ik breek mijn hoofd over mijn ‘slecht gevoel’. Wat is er nu zo erg? Misschien ben ik stiekem toch banger dan ik denk maar verdring ik dat. En laat die angst zich nu op deze manier zien? Misschien…

Allerlei hypotheses. Soms ben ik het zo beu dat ik therapeute ben. Moet ik mezelf altijd zo analyseren!

Ik stuur een berichtje naar mijn zielemaatje. Zij leest tussen de regels. Gelukkig. Ze belt.
Wat is er aan de hand?
Ik weet het niet. Het gaat niet. En eigenlijk is er niks aan de hand. Eigenlijk is alles goed. Alleen is het slecht weer. Ik kan zelfs niet tot op het strand wandelen. Maar wat een luxeprobleem, ik heb toch een schoon uitzicht… Dus ik denk dat er iets anders is, iets dat ik niet zie.
En ik deel al mijn analyses, mijn kronkels, mijn gedachten.
En zij luistert.
Gewoon.
En ik vraag haar of zij een idee heeft wat ik zo aan het verdringen ben, dat het zich op deze manier toont. En ze zegt: ‘Ja maar, het is toch gewoon niet leuk!’

En het deint weg. Al die tranen stromen naar zee. Al die woorden die eruit vloeien creëren ruimte. Al die luisterende stilte vult me met warmte.
En ineens zie ik weer alles wat mij kan helpen.
Als ik er IN zit, zie ik dat niet.
Zelfs als ik er een lijstje van zou maken, zou ik er op dat moment niet naar kijken.
Nee, zegt ze, dan helpt alleen bellen naar een vriendin en even zagen.

Spot on.

Dus ja aan yoga en meditatie, aan stress-reducerende technieken en ademhaling, ja aan creativiteit en lichaamsbeweging. Maar vooral ja aan een vriendin tegen wie je gewoon even je verhaal mag vertellen zonder adviezen, oplossingen of oordelen.

Bij deze vaardig ik een nieuwe Coronamaatregel uit: het recht om te zagen!

 

(*) Zagen: op vervelende wijze spreken, zeuren, meestal over iets dat voor anderen niet belangrijk lijkt. –  of nog: het uitspreken van dingen waar je last van hebt, maar waarvan je innerlijke criticus vindt dat je overdrijft.

Dag 5 van mijn quarantaine. Eindelijk een dagje rust.

Overal hoor / lees ik over ‘verstillen’ en ‘naar binnen gaan’, ‘uit de malle molen stappen’. En dan denk ik ‘Euh?!’ Ik heb het hier nog nooit zo druk gehad.

Normaal, wanneer ik in Naxos arriveer, arriveer ik in een andere tijdszone. Niet alleen letterlijk (we lopen een uurtje voorop), maar vooral wat betreft het tempo. Hier is het ‘siga siga’! We nemen een siësta en laten ons leiden door de natuur en de wind.
Maar nu is het alsof ik mijn Belgische tijd heb meegebracht. In de nacht van dinsdag op woensdag stapte ik rond half één van de boot en 13 uur later had ik nog niet alles uitgepakt, maar zat ik al achter mijn computer supervisie te geven. En ‘s avonds nog een vergaderingske. En zo ging het de volgende dagen ook: online meetings, overleg, therapie, supervisie, lesgeven…
En tussendoor natuurlijk ook nog even bijpraten met wat vrienden en collega’s…

Want het lijkt wel alsof iedereen opeens het online-contact ontdekt heeft. Door mijn lange verblijven hier heb ik skype of facetime echt leren appreciëren. Het is vaak de kers op de taart van mijn fijne leven hier: vertoeven in een paradijsje en toch af toe contact kunnen houden met een paar speciale vriendinnetjes. Maar ineens lijkt iedereen aan de skype – of zoom, whereby, webex, whatsapp en dies meer…

Tof natuurlijk, maar….. veel.

Dus al mijn voornemens om naar binnen te gaan, yoga te doen, te mediteren met Genpo Roshi en eindelijk die sessies van Tara Brach te bekijken,… Voorlopig moeten ze nog even wachten.

Het maak me even onrustig en zelfs wat ongelukkig. Maar dan denk ik aan dat Afrikaans verhaaltje:

Er was eens een man die het lef had om naar de onherbergzame streken in Afrika te reizen. Zijn enige gezelschap waren de dragers. Elk van hen hield een machete vast en vocht zo zijn weg door de dichte vegetatie. Hun doel was om tot elke prijs verder te gaan.
Wanneer ze voor een rivier stonden, gebruikten ze zo weinig mogelijk tijd om die over te steken. Verscheen er een heuvel, dan versnelden ze hun stappen om geen enkele minuut te verspillen. Maar plots stopten de dragers. De ontdekkingsreiziger reageerde verrast. Want ze waren pas enkele uren aan het lopen.
Dus vroeg hij hen: “Waarom stoppen jullie? Zijn jullie al moe? We hebben slechts enkele uren gelopen.”
Toen keek één van de dragers hem aan en zei: “Nee mijnheer, we zijn niet moe. Het is alleen zo dat we zo vlug verdergegaan zijn dat we onze ziel achtergelaten hebben. Nu moeten we wachten tot onze ziel ons weer ingehaald heeft.”

Ja, dat is het: mijn ziel moet me nog inhalen.
Dus ik accepteer dat ik nog even op Belgische tijd leef.  Ik zal de tijd nemen om op mijn ziel te wachten. Ik kan mijn quarantaine daarvoor gebruiken. En daarna, kan ik de rust echt laten binnenkomen. Dan kan ik ook naar zee  kunnen wandelen – wat ik voorlopig mezelf nog niet kan toestaan. Daar vind ik die altijd.

Ik kijk er naar uit, naar die andere tijdszone en vooral naar de aankomst van mijn ziel.

Ik loop te zuchten. Dat doe ik hier niet veel. Het schudt me wakker: ‘Suzanne, waar ben je?’

Vanmorgen trek ik de kaart ‘Ik heb vrede met mijn schepping.’ Ik merk dat ik er niet veel over ‘durf’ te zeggen. Ik voel me soms bijna schuldig over hoe gelukkig ik me voel. En dat het goed gaat en zo. Het emotioneert me.

Maar bij de avondsessie trek ik deze kaart:

Ik besef dat ik mijn energie toch nog steeds in het oog dien te houden. Door heel wat onvoorziene omstandigheden heb ik de laatste dagen geen siësta genomen. Altijd maar bezig. Verplichtingen soms, leuke dingen ook wel, maar best pittig. En ‘s avonds moet ik dan ook nog eens een blog schrijven. Want ik heb het aan mezelf beloofd. En ik heb al meer dagen ‘gespijbeld’ dan gewild.
Gisteravond was ik zo moe dat mijn ogen dichtvielen terwijl ik aan het schrijven was. En achteraf ben ik dan nog eens niet content ook. Natuurlijk. Want ik zat niet ‘in de vibe’.

Dus nu de beslissing: ik neem officieel afscheid van mijn zomerblog. 14 dagen voor ik terug naar België vertrek. Misschien dat ik nog wel eentje schrijf. Maar ik ga de flow volgen die er is.
Want op dit moment weegt het, bij alles wat er hier beweegt. En dat is niet de bedoeling. Als ik goed voor mezelf wil zorgen… En als je mijn blogs gevolgd hebt, de laatste twee maanden, dan weet je dat ik dat wil doen. En dat ik de weg wil wandelen die ik ook aan anderen ‘aanpraat’. (Practice what you preach klinkt wel sexier dan in het Nederlands ;-)). Dus bij deze.

En terwijl ik dit typ rollen er tranen. Want ik had graag mijn drie maanden rond gemaakt. Zoveel stukjes op mijn bus willen nog zoveel vertellen. Maar mijn zelfzorger neemt gelukkig even het stuur over.
Dus dankjewel om me te lezen. Dankjewel voor de feedback, de reacties, de steun. En ja, wellicht tot binnenkort, maar dus zeker niet tot morgen.

 

En nu ik dit nog even nalees, voel ik dat het klopt. Laat me het dus anders formuleren: ik ben drie maanden hier in Naxos en liet jullie binnen kijken. En deze laatste twee weken gun ik mijn schrijvertje haar vakantiemodus. Tot binnenkort!

En we zijn weer vertrokken. Even denk ik dan: het is geen goed gedacht, zo’n twee groepen na elkaar. De energie van de vorige zit nog teveel onder mijn vel. Maar dan ruim ik alles op, poets ik, reinig ik de ruimte energetisch, geef ik alles een nieuw plekje…. En dan voel ik al een beetje ‘plek’ ontstaan.
En dan druipen ze binnen. En dan zijn er die eerste momenten. Koffie of thee? Stukje cake? Fruit? En ik start met wat uitleg over de buurt en de werkuren en de ruimte. En natuurlijk maken we de afspraak: ‘what happens on the island, stays on the island!’.
En nog voor dat we aan een refill beginnen (de tweede tas thee dus) merk ik al een eerste groepsgevoel. En jawel, ze sijpelen al binnen in mijn hart.

We vliegen er meteen in en gaan creatief aan de slag. Zoals wel vaker wordt de opdracht met een zucht en een ‘dat kan ik niet’ onthaald. En wat later zijn er dan de enthousiaste, authentieke  en originele resultaten. Indrukwekkend.

De bagage van C is nog niet terecht.

M haar telefoon vindt maar geen netwerk. En ze kan zelfs niet inloggen op het wifikanaal.
Ze aanvaardt het meteen als een helpend signaal: het was zo’n hectische tijd, nu is het tijd om rust te nemen! En onbereikbaar zijn voor mails en whatsappen… Het lijkt even onoverkomelijk, maar als je echt in de aanvaarding gaat is het heerlijk.

Na de sessie hebben verschillende mensen nog wat praktische vraagjes. Ik help zo goed als ik kan. En ik besef dat mijn moedertje dan in de weer is. Ze wachten op elkaar om terug te stappen naar hun respectievelijke hotels en ik neem afscheid, boven aan de trap: ‘Dag meisjes! Tot morgen!’ Ja, als ik in mijn moederenergie zit, zijn het allemaal meisjes (of jongens ;-)).

Wanneer ik de deur van de studio achter me dicht trek, nadat ik alles heb opgeruimd en klaar gezet heb voor morgen, ben ik moe maar voldaan. De kop is er af. We zijn vertrokken. Ik weet nog niet helemaal waar naartoe, maar dat doet er niet toe. Het onderweg zijn is belangrijker dan de bestemming.

Wat een dag! Het lijken er wel drie in één!

Het begint lekker relaxed in the middle of nowhere 😉 waar ik mijn ontbijt van de bomen en wijnranken kan plukken. ’s Middags terug naar de bewoonde wereld en dan begint dag twee.

Beseffen dat ik straks niet alleen twee gasten moest gaan ophalen, maar dat de twee anderen ook al in Athene arriveren en dat ik daar een taxi voor zou regelen. Ik bel dus naar George, de liefste taxichauffeur van Athene en omstreken, groot en vertederend schattig maar tegelijkertijd een snelheidsduivel die er steeds voor zorgt dat je die boot haalt, ondanks de vertraging van het vliegtuig; die zegt: als je bang bent, doe dan je ogen maar dicht… Die George is niet in Athene op dit moment. Maar geen nood, hij verwittigt een collega die ‘de vracht’ ophaalt en vervoert – en hij belt me nadien om te zeggen dat alles goed verlopen is!

Even opzoeken hoe laat M morgen zal arriveren, want zij antwoordde niet meer op mijn mail. Tussendoor een was insteken en misschien toch ook nog een paar dingen opruimen in de studio. Een vriend die even langs komt voor een koffie. En dan toch maar even die mails bekijken. Er staan weer veel te veel vlaggetjes!

En dan is het alweer tijd om naar het vliegveld te rijden om de volgende gasten op te halen. Deel drie.
Ik ben er een tiental minuten te vroeg. Terwijl ik ondertussen eigenlijk al weet dat de vluchten meestal wel een beetje te laat arriveren. Maar het wachten wordt goed besteed: ik stof de auto af met een borsteltje en gebruik de vochtige washandjes die A heeft achtergelaten om ook het dashboard stofvrij te maken. Het is een indrukwekkend verschil.

Ik vond het wat vervelend voor T, die zou arriveren om 18u20, dat ik haar zou moeten zeggen dat we nog 35 minuten moesten wachten op de tweede gaste. Maar omdat zij maar om 18u45 arriveerde, was het maar 10 minuten. Nog voor het Olympic vliegtuigje was uitgestapt, landde Sky Express al. Dan was het alleen nog wachten op de baggage. Maar op een vliegveldje dat kleiner is dan het station van Leuven (dat waren C haar eerste woorden ;-)) kan dat niet lang duren. Of toch?

Geen zwarte grote valies op vier wieltjes.

C is van haar melk. Ik schiet in eerste instantie in mijn ‘oplosser’:
‘Ik heb nog wel een tandenborstel en ik kan haar…’
‘Dat helpt me niet hoor, ik wil nog niet bezig zijn met plan B!’.
Ah, ok.  Ik zwijg even. Dan komt mijn ‘relativeerder’ naar voor.
‘Ja, sorry, ik begin dan al vanalles te plannen omdat ik ondertussen een professionele bagageverliezer ben. Ik heb het zeker al een keer of vijf voor gehad…’
En dan komen de verhalen van ‘die keer in Canada’ en ‘toen in Portugal’… Dat werkt blijkbaar wel geruststellend. Want bagage verliezen betekent zeker niet dat die echt kwijt is. Laat staan gestolen. Nee hoor, die staat ergens te wachten in Amsterdam of Athene. Morgen is die er!

De dame van Sky moet eerst nog het vliegtuig mee de lucht in krijgen en kan zich dan over onze zaak buigen. Het gebeurt wel meer met die samenwerkingen, vertelt ze. Met KLM en Air France. Soms zijn er dagen waar er verschillende dingen mislopen, dan gaat het weer dagen goed. En nee, ze weet niet waar de bagage zich nu bevindt. Maar ze geeft ons resoluut alle nodige informatie en heeft een geruststellende invloed zonder beloftes te doen.

Uiteindelijk is het al 20u30 als ik de meisjes aan hun respectievelijke hotels afzet. Ze gaan nog iets eten bij Medusa. Ik leg C uit hoe ze via het strand naar haar nieuwe thuis kan lopen. Als ik thuis kom, en wat kleren voor haar bijeenzoek, voelt het toch niet goed om zo’n jonge vrouw alleen langs het donkere verlaten strand te sturen. Het is ‘black moon’ dus het is redelijk donker. En ze heeft het nog nooit gedaan, heeft zelfs geen idee waar ze is… Dus ik bel haar en instrueer haar me te verwittigen als ze klaar zijn. Het voelt beter als ik ze kan oppikken.
Als we in de auto zitten, raken we zo aan de praat, dat we het verhaal toch nog even op haar terras verder zetten.
Het is dus al laat, de avond van de derde dag van vandaag. Tijd om te gaan slapen.

En er is nog zoveel te doen. Maar Siga, siga. Er is morgen nog… Alles op zijn tijd.